John Lee Hooker was de meest oorspronkelijke van de elektrische bluesgiganten. Talloze artiesten werden geïnspireerd door zijn spookachtige muzikale minimalisme, van tijdgenoten als Slim Harpo tot navolgers als The Rolling Stones. Hooker koppelde klagelijke maar krachtige vocalen aan gedreven en percussief gitaarspel. Weinigen kunnen tippen aan de onverklaarbare erotische lading die de kern vormt van zijn beste optredens. Het gepatenteerde "boogie" ritme, waarop vrijwel ieder bluesrockband en hardrockband van de jaren zeventig zijn nummers baseerde, is min of meer uitgevonden door Hooker. Met meer dan 100 albums op talloze labels was Hooker een van de meest opgenomen bluesmannen van na de oorlog, met zijn werkgebied veelal in Detroit en Chicago. Hij bleef werken tot ver na zijn tachtigste. Hooker opende zijn eigen bluesclub in San Francisco en werd in 2000 met een Grammy for Lifetime Achievement onderscheiden. Hij overleed het jaar daarop, op 83-jarige leeftijd.
meer
Howlin’ Wolf (echte naam: Chester Burnett) geldt als één van de meest belangwekkende bluesartiesten ooit. De, ook in letterlijke zin, grote zanger/gitarist was een belangrijke inspiratiebron voor onder meer The Rolling Stones, Led Zeppelin, The Doors en Eric Clapton, die allen in zijn catalogus grasduinden. Burnett werd in 1910 geboren in Mississippi en trok, net als veel andere Afro-Amerikanen, noordwaarts voor werk. In Chicago werkte hij samen met songschrijver Willie Dixon en nam hij op voor het legendarische Chess Records. Mede door zijn stabiele persoonlijkheid was ‘Wolf’ één van de weinige bluesmuzikanten die niet berooid eindigde. Burnett overleed in 1976.
Als er één man symbool kan staan voor de ontwikkeling van de blues, dan is dat Muddy Waters wel. Waters werd in 1913 als McKinley Morganfield geboren op het platteland van Mississippi. Daar speelde hij akoestische blues die in 1941 werd vastgelegd door Alan Lomax, de bekende verzamelaar van volksmuziek. In 1943 vertrok Waters naar Chicago waar hij een belangrijke rol speelde bij het ‘electrificeren’ van de blues. Aan zijn hand groeide de blues uit luid verstrekte stadmuziek. Waters bekendste nummers (Hoochie Coochie Man, Mannish Boy) werden door veel bekende artiesten gecoverd zoals The Rolling Stones en de Allman Brothers Band. Waters overleed in 1983. Zijn zoon Big Bill Morganfield zette het vak voort.
Bluesgitarist Albert King (echte naam: Albert Nelson) was in letterlijke en figuurlijke zin een kolos. De gitarist werd in 1923 geboren in Mississippi en brak pas als veertiger door als muzikant. De bluesman stond onder contract bij Stax, dat vooral soul uitbracht. Kings bekendste hit was Born Under A Bad Sign dat later werd gecoverd door Eric Clapton. De linkshandige King speelde op een rechtshandige gitaar, die hij ondersteboven hield. Dit zorgde voor een unieke geluid, dat van grote invloed was op veel rockgitaristen na hem. Albert King overleed in 1992 aan een hartaanval.
Bo Diddley wordt beschouwd als een van de grondleggers van de rock-’n-roll, met een geluid dat reeds op zijn allereerste single Bo Diddley (gebaseerd op het slaapliedje Hush Little Baby) zijn definitieve vorm had gevonden. Met zijn rechthoekige Gretschgitaar, een volumepedaal en wat maracas produceerde hij daarop een metaalachtige percussieve beat, die door volgers als The Rolling Stones (Mona, Not Fade Away), Buddy Holly (Not Fade Away) en The Band (Who Do You Love?) nadrukkelijk zou worden gekopieerd. Zoals zoveel rockers van het eerste uur wist hij geen aansluiting te vinden bij de trends die volgden en belandde in het 'golden oldies'-circuit. Het respect onder zijn collega’s bleef onverminderd groot. Zoals Tom Petty het uitdrukte: “Elvis is king, but Bo Diddley is daddy.“
(bron: wikipedia)Riley Ben King (Itta Bena, 16 september 1925 – Las Vegas, 14 mei 2015), beter bekend als B.B. King, was een Amerikaanse bluesgitarist en singer-songwriter. Op 15 december 2006 ontving B.B. King de hoogste burgeronderscheiding, de Presidential Medal of Freedom. B.B King wordt gezien als een van de grootste bluesartiesten aller tijden. Het muziekblad Rolling Stone plaatste King op de derde plaats in een lijst van de honderd beste gitaristen.
Zijn bekendste hit is zijn cover van "The Thrill Is... meer
(bron: wikipedia)Sam John Hopkins (Centerville (Texas), 15 maart 1912 - Houston (Texas), 30 januari 1982), beter bekend als Lightnin' Hopkins, was een Amerikaans country blueszanger, songwriter, componist en gitarist uit Houston in Texas. "Lightnin'" Hopkins ("Poor Lightnin'", zoals hij zichzelf graag noemde in de derde persoon), was een groot vernieuwer van de Texas blues. Hij wordt ook beschouwd als een van de pioniers van de elektrische gitaar, een instrument dat hij net als de akoestische gitaar op een heel eigen manier... meer
Het unieke bluesgeluid van Son House (echte naam: Eddie James House Jr.) laat echo’s horen van zijn roerige leven. House werd in 1902 geboren in een gezin van baptisten. De intense zang van de zuidelijke gospelkoren klinkt door in zijn indringende stem. Ook de werkmans- en gevangenisliederen (House zat zelf twee jaar vast wegens doodslag) klinken door in zijn repertoire. In 1941 en 1942 werd de zanger opgenomen door Alan Lomax. Toen die opnames midden jaren zestig werden ontdekt door een nieuwe generatie blues- en folkliefhebbers, werd Son House alsnog, op 66-jarige leeftijd, op een voetstuk gehesen en bleef hij tot 1974 optreden. Son House overleed in 1988.
(bron: wikipedia)Aaron Thibeaux Walker, beter bekend als T-Bone Walker (Linden (Texas), 28 mei 1910 – Los Angeles (Californië), 16 maart 1975), was een Amerikaans bluesgitarist en tevens een van de meest invloedrijke muzikanten van het begin van de 20e eeuw.
Walker was de zoon van een Afrikaanse Amerikaan en een Cherokee, beiden muzikanten. Als jonge man ontmoette hij Blind Lemon Jefferson, een andere grote blueslegende, die een huisvriend van zijn moeder en stiefvader was. Walkers debuut, "Wichita Falls Blues" / "Trinity... meer
Niemand weet precies waarom Alex "Rice" Miller, een uiterst getalenteerd bluesharmonicaspeler uit Arkansas die Howlin’ Wolf nog harmonica leerde spelen, het nodig vond om zich de naam van Sonny Boy Williamson uit Tennessee toe te eigenen. Zeker is dat John Lee Williamson, de originele Sonny Boy, bezwaar aantekende maar tot een rechtszaak is het nooit gekomen. Na de gewelddadige dood van de eerste Sonny Boy in 1948 lag de weg voor Miller open om ook platen uit te brengen onder zijn oneigenlijke naam. Dat deed hij bij het beroemde label Chess en die platen waren uiterst succesvol. In de jaren zestig was hij regelmatig op de Britse podia te zien waar hij optrad met The Animals en The Yardbirds. Zijn opvliegende, agressieve karakter weerspiegelde zich in zijn stijl, waardoor hij eenvoudig te onderscheiden is van de meer zachtaardige Sonny Boy [I].
Het is aan John en Alan Lomax te danken dat we Lead Belly nu nog kennen. Vader en zoon Lomax waren onderzoekers die in de jaren dertig opnames van originele folkliedjes verzamelden. Tijdens hun zoektocht kwamen ze in een gevangenis terecht waar Huddy William Ledbetter gevangen zat. Het was niet de eerste keer dat Ledbetter in de gevangenis zat en ook niet de laatste keer. De muziek heeft hem meerdere keren gered. In 1917 werd hij veroordeeld voor poging tot moord. Hij vroeg in een zelfgeschreven lied om gratie bij de gouverneur. Die was daar gevoelig voor en verleende Lead Belly in 1925 gratie. Vijf jaar later zat hij echter alweer in de bak en in die periode, in 1934, kwamen vader en zoon Lomax met hun bandrecorder langs. Sommige van die opnames werden commercieel uitgegeven en dat leverde bescheiden succes op. Lead Belly kon, tussen zijn periodes van gevangenschap door, want de man blééf bezig, redelijk rondkomen als artiest, hoewel hij zeker geen grote bekendheid was. Dat kwam pas na zijn dood in 1949. Folkartiesten als Pete Seeger en Woody Guthrie zeggen flink te zijn beïnvloed door Lead Belly. Zijn bekendste liederen zijn Midnight Special, Goodnight Irene, House Of The Rising Sun en Black Betty.
Robert Johnson (Mississippi 1911) is één van de legendarische figuren uit de geschiedenis van de blues wiens levensverhaal langzaam maar zeker vergroeide met de folklore van het zuiden van de Verenigde Staten. Er is weinig bekend van het leven van Johnson en er zijn maar twee foto’s van de zanger / gitarist. In 1936 nam Johnson een aantal songs op. Een terugkerend thema in zijn teksten was zijn angst voor de duivel. Dat gaf des te meer reden voor speculaties rondom zijn mysterieuze dood op 27-jarige leeftijd. Tegenwoordig wordt aangenomen dat Johnson werd vergiftigd door de jaloerse echtgenoot van een minnares.
Net als veel andere muzikanten uit de bluesscene van Chicago werd gitarist Buddy Guy (echte naam: George Guy) niet in die stad geboren, maar op het zuidelijke platteland (Louisiana). In 1957, amper twintig jaar, besloot hij zijn geluk in het noorden te beproeven. Van 1959 tot 1967 werkte Guy vooral als sessiegitarist bij het beroemde Chess-label. Ook speelde hij in de begeleidingsgroep van Muddy Waters. Pas als zestiger zou Guy ook als solo-artiest succes smaken wanneer bekende gitaristen als Eric Clapton, Jeff Beck en Stevie Ray Vaughan en hem regelmatig als inspiratiebron aanhalen. De eerste twee doen ook mee op het album Damn Right, I’ve Got The Blues (1991) waarmee Guy ook een Grammy wint.