De opera Palestrina is een mooi voorbeeld van een werk waarvan velen weten dat het bestaat, maar waarvan maar weinigen de muziek kennen. Toen voorafgaand aan de eerste uitvoering in The Metropolitan Opera aan Sir Rudolf Bing werd gevraagd, wat voor opera dit nu eigenlijk was, antwoordde hij: "It's like Parsifal - only not so funny". Tijdens de produktie in Covent Garden in 1997 riep een recensent
… het publiek op toch vooral te gaan kijken, want "you'll never see it again." Toch was dit advies niet sarcastisch bedoeld, want hij vervolgde met: "Knowing the piece to be musically magnificent and dramatically inert, I went along expecting to be bored. Instead, the opera had a hypnotic effect." Palestrina (1917) was het artistieke credo van de pessimistische anti-modernist Hans Pfitzner (1869-1949). Aan de hand van het levensverhaal van Giovanni Pierluigi Palestrina, de bekende kerkmusicus uit de tijd van de contra-reformatie, schetste Pfitzner zijn visie op de verantwoordelijkheid van de kunstenaar, zoals Hindemith dat een aantal decennia later zou doen met zijn "Mathis der Maler". Toen in 1973 een opname van Palestrina verscheen onder leiding van Rafael Kubelik, merkte een recensent over de titelrol op: "Ondanks alle voordelen ontbreekt het Gedda aan bespiegeling en gevoel voor eenzaamheid. Iedereen die Patzak heeft gehoord zal begrijpen wat ik bedoel." (HJ)plus